
Terug
‘Ik heb niet zo’n goed nieuws voor je’, zeg ik haar via de vertaalster. Haar aanvraag om in Belgie te mogen verblijven is voor de tweede keer afgewezen en ze zal het land moeten verlaten. Ze heeft geen rechten hier, mag niet werken en haar leven zal overleven zijn. Ze had het niet verwacht. Ze had gedacht dat haar zaak in beroep met allerlei bewijzen over slachtoffer zijn van mensenhandel en van een mishandelende partner genoeg zou zijn om haar als kwetsbaar persoon het recht te geven in Belgie te blijven, maar de rechter achtte de bewijzen niet zwaar genoeg.
‘Wat kan ik nu nog doen?’
‘Ik denk dat de beste optie is om op een goede manier terug te gaan’, zeg ik aarzelend.
‘Terug, naar Zuid Amerika?’ Ze kijkt me aan alsof ik haar net gevraagd heb om een bord insecten leeg te eten.
Voorzichtig zeg ik haar: ‘Ja, dat bedoel ik’. Ik geef haar de tijd om het nieuws te laten bezinken. Ik zie tranen in haar ogen, en ga naast haar zitten. Ik begrijp zo helemaal dat dit niet is wat ze wil. Als ze dit had gewild, was ze al veel eerder terug gegaan. Samen zetten we op een rij wat de voordelen van terugkeren zijn. En ook de nadelen. In haar opinie zijn er geen voordelen behalve het weerzien van haar kinderen.
‘Weet je wat teruggaan betekent?’ vraagt ze zacht.
‘Wat betekent het?’ vraag ik haar.
‘Dat ik alleen kan overleven door in de prostitutie te werken’. Nu geeft ze mij tijd om dit te laten bezinken. Het dringt tot me door dat ze dit als enige optie ziet om te overleven. Zichzelf prostitueren. Maar ik weet dat dit niet zo hoeft te gaan. En zeg haar dat ook. Ik vertel haar over terugkeerprogramma’s vanuit Europa, over organisaties die helpen om een goede baan te krijgen bij een lokale NGO, over de kerken die we zullen aanspreken, over…
Ze kijkt me aan alsof ze geen woord van mijn betoog gehoord heeft.
‘Ik ga terug naar Jan.’ Ik weet meteen wie Jan is. Jan is de Belgische man, die haar overhaalde met hem te trouwen en naar Belgie te komen. Jan is de charmante man, die in haar land de toerist uithing en haar een leven als een prinses beloofde. Jan is de man die helemaal veranderde toen ze eenmaal in Belgie was. Jan is de man die haar misbruikte en isoleerde van de buitenwereld. Jan is de man van wie ze wegliep. En nu is Jan de enige van wie ze denkt dat hij haar kan helpen.
Talloze maanden van gesprekken over haar leven en ook over het stukje leven met Jan ten spijt, kunnen nu niet voorkomen dat ze Jan als haar redder ziet. Ik zie al aankomen wat er gaat gebeuren. Jan zal zich helemaal top voelen in zijn reddersrol en zijn rol met charme spelen. Tot de dag dat ze weer helemaal afhankelijk van hem is. Ze weet het. En hij weet het zeker.
‘Laten we alle opties open houden’, stel ik voor. ‘Ik ga aan de slag om helemaal uit te zoeken waar jij recht op hebt als je terug gaat naar je land en familie. En ik weet dat je niet teruggaat naar de prostitutie.’
‘Hoe weet je dat?’ vraagt ze.
‘Omdat ik gezien heb hoe je dit jaar gegroeid bent, sterker geworden in je zelfvertrouwen, je identiteit bent gaan ontdekken. En omdat je God hebt leren kennen. Ga maar gewoon op Hem vertrouwen.’
als ze met God gaat, dan zal Hij haar weg leiden
We bidden samen. De vertaalster spreekt woorden uit in het Spaans, waaruit ik enkel de namen van God, Jezus en de Heilige Geest herken. Maar ik voel de eenheid, en ik voel de tranen van een vrouw voor wie de toekomst kiezen is uit twee dingen die ze beiden is ontvlucht. Maar dat hoeft niet zo te zijn. Want als ze met God gaat, dan zal Hij haar weg leiden, en die weg zal niet zijn in de prostitutie en ook niet in de macht van een mishandelende man.
Terug… ik bid dat terug betekent een hele grote stap vooruit, samen met God.
Vaya con Dios