Opa
Soms gaan de dagen betekenisloos voorbij. Maar er zijn van die dagen die je je leven lang bij je draagt.
Zo’n dag is 13 december.
Het was zo’n grauwe herfstdag in de steeds donker wordende dagen van advent voor kerst. Door de grote ramen van het appartement waar we woonden, zag ik de grijze jachtige wolken op me afkomen.
Het was de charme van dat appartement. Grote ramen die langs twee kanten uitkeken over het grote wijde kruispunt, waar we zowel verkeer van fietsen en auto’s, maar ook vliegtuigen konden spotten, overstekende eenden en veel grote kastanjebomen. Al die elementen maakten dat ik het gevoel kreeg in het centrum van de wereld te wonen in plaats van in een buitenwijk van Deurne.
Toch zouden we die middag het einde van de tijd in dat appartement gaan betekenen. De koopakte voor een huis een paar wijken verder lag bij de notaris en we waren nog maar een handtekening verwijderd van dat huis waar we een nieuwe tijd zouden gaan beginnen. Een tijd waarvan ik de juiste startdatum wellicht al heel snel zou vergeten.
En toch niet. Negentien jaar later herinner ik me deze dag nog steeds. Vier maanden zwanger en de twee jarige peuter net in haar jas en schoenen geholpen, staan we op punt te vertrekken naar de notaris als ook nog de (vaste) telefoon overgaat. Het is geen feestnieuws, maar het nieuws dat opa overleden is. Zomaar, onverwacht… Een week eerder had hij me nog laten weten hoe hij uitkeek naar de geboorte van zijn achterkleinzoon. ‘Opa, dat duurt nog vijf maanden en nu bent u er niet meer…’. De opa die je hele leven bij je had gehoord, die er met de kerstdagen zou zijn, die van je hield, onvoorwaardelijk, …
Ik luisterde maar half naar de woorden van de notaris die de akte met ons doornam. ‘Hebt u nog vragen?’, vroeg hij mij vanuit de verte. ‘Nee’, dacht ik meer dan dat ik het zei. Opeens was het niet meer belangrijk. Dat huis, het zou wel in orde komen. Mijn gedachten waren bij opa, bij wie hij was, bij wat hij belangrijk vond. En ik miste hem. Op deze dag. En daarna. Hij was er niet meer.
Toch is hij er nog elke dag een beetje. Op mijn bureau staat zijn foto met een tekst uit het bijbelboek Spreuken: ‘Laten liefde en trouw je nooit verlaten, bind ze om je hals, schrijf ze in je hart. Dan zul je genegenheid ondervinden, waardering zul je krijgen, van God en mensen. Wees niet eigenwijs, heb ontzag voor de Heer en ga het kwaad uit de weg, Het zal je goeddoen, het is als een balsem op een wond, het zal je pijnen verzachten. (Spreuken 3: 3 – 8)
In deze dagen, opnieuw de donkere dagen voor kerst zijn er vragen in mijn leven. De zoektocht naar een huis voor een nieuwe fase samen met mijn jongvolwassenen. Vanuit mijn ooghoek zie ik opa’s foto. Alsof hij me aanspreekt en zegt: ‘Hier gaat het om kleindochter. Om die liefde en trouw. God ziet het, de mensen zullen het zien. En al de rest… al die vragen, dat komt gewoon wel goed. Zoals altijd.’