Looking for a home for Nina ‑2
10 december – Dag van de Mensenrechten
Het is alweer december. Met een snelheid die ik bijna niet kan volgen, gaan de jaren voorbij. Verwonderd kijk ik terug naar het jaar dat achter me ligt. Waar ik me vorig jaar rond deze tijd afvroeg hoe het zit met mensenrechten en hoe basisrechten voor ieder mens geen vraag zouden moeten zijn, bedenk ik me nu dat er in het afgelopen jaar niet veel verbetering is gekomen. Hoewel er hier en daar een wonder gebeurt en een lichtpunt te zien is, struikel ik soms nog bijna over diezelfde dakloze man bij het station, die geen beter plekje vindt dan daar tegen een muurtje vlak langs het fietspad in de tunnel om te schuilen. Vorige week nog stuurden we vanuit Cherut een moeder met haar twee jongens naar Fedasil om internationale bescherming en opvang aan te vragen en we zijn nog steeds op zoek naar oplossingen voor mensen in nood, die behalve psychosociale en juridische hulp ook juist nood hebben aan basisbehoeften van onderdak en de voedselbanken.
Nina* ken ik nu meer dan een jaar. Ze vroeg niet veel, alleen maar een klein plekje waar ze zichzelf mag zijn. Waar ze kan uitrusten van de dag, haar schoenen in de hoek kan gooien, zich kan uitstrekken in de zetel, een warme douche kan nemen en kan eten waar ze op dat moment zelf zin in heeft. Een jaar later is ze bijna zover. Het contract in het co-housingsproject waar ze binnenkort gaat wonen, ligt klaar en ze heeft met allerlei klusjes een klein spaarpotje gevuld om even verder te kunnen. Ondertussen loopt haar procedure via een advocaat die, net als ik en andere mensen in haar hulpverleningsnetwerk, geraakt is door haar bescheiden maar zelfzekere vraag: ‘Ik vraag niet veel, maar help me wel!’
‘We houden toch contact he, Margaret?’ vraagt ze me, terwijl we samen de studio waar ze kan gaan wonen, gaan bekijken. Ze zal binnen een korte tijd verhuizen. Ik knik. ‘Natuurlijk. Ik kom je nog wel eens opzoeken, Nina’, beloof ik haar. Ik zal haar ook missen. Een jaar in onze shelter, vaak samen door de stad wandelen van de ene naar de andere afspraak en onderweg hele gesprekken voeren, hebben een band gesmeed.
Ze glimlacht. ‘Als jij komt, dan maak ik .… ’ Ze noemt een onbekend (voor mij ) Afrikaans gerecht op en ik bedenk dat ik moet onthouden wat ze zegt om thuis eerst te googelen wat ze bedoelt en of ik zeker weet dat ik dat zal lusten. Ze ziet mijn gezicht, lacht en zegt dan: ‘Ik maak gewoon een goeie kop thee voor je.’ Ik glimlach en weet dat ze mij ondertussen ook heeft leren kennen. ‘Thee is goed’, zeg ik. En ik kijk er naar uit om in het volgende jaar zomaar af en toe eens in haar kleine studio samen met haar te genieten van thee en te zien hoe het met haar gaat.
Ja, er is toch wel wat veranderd. Voor sommige mensen mochten er toch langzamerhand rechten ontstaan. Verblijfsrechten, rechten op een minimum inkomen, recht om te werken of recht op andere zaken. En ik besef dat ik naar die dingen moet kijken. Het lijkt soms een druppel op een hete plaat. Maar Nina komt er wel. En als zij het kan, dan kan het voor anderen ook.
Na mijn afspraak met Nina bij de studio, fiets ik door naar een andere studio in een andere wijk van de stad. Ik bezoek er Jana*. Vorige week hebben we elkaar voor het eerst ontmoet. Een verhaal van pijn en gebrokenheid deed haar besluiten om nog eens het adres dat ze ooit van een onbekende vrouw had gekregen uit haar handtas op te diepen en eenmaal over de drempel van Cherut de moed te nemen om te praten. Vandaag heb ik een afspraak met haar huisbaas. We gaan een afbetalingsplan afspreken, zodat Jana’s eerste basisbehoefte, een dak boven haar hoofd, voorlopig gewaarborgd blijft. ‘Wil je thee?’, vraagt ze als ik binnenkom. Hoewel ik het wil afslaan, zie ik hoe verwachtingsvol haar gezicht staat en ik neem het aan. Ik weet dat ik met haar een intensief traject inga. Stoppen met prostitutie en een heel nieuwe weg inslaan, ondertussen alle juridische en sociale wegen bewandelen, terwijl er heel wat emotioneel te verwerken valt. Ze is er klaar voor. Ik ook. En in mijn gedachten heb ik Nina. Misschien is er toch wel veel veranderd in een jaar.

Nina* en Jana* zijn fictieve namen. Ook zijn de verhalen iets gewijzigd om hun privacy te waarborgen, maar wel op waarheid gebaseerd.
Wil je ook helpen? Check onze socials: FB/ insta Cherut Belgium of onze website www.cherutbelgium.com
Steun de kerstactie van Kleedje voor vrijheid waarvan de opbrengst gaat naar onze opvangplaatsen: www.kleedjevoorvrijheid.com
Meer verhalen lezen: www.thepath2freedom.org. Verhalenbundel Mozaïek is ook nog verkrijgbaar via cherutbelgium@gmail.com